Verblijf op Tasmanië bij vrienden en een rondrit met auto over het eiland en langs bezienswaardigheden.

Door Ben Giesen (1995)

e-mail: bgiesen@caiway.nl

[duikvakanties] [Fietsvakanties]

Tasmanië



Het is zaterdag als we in Hobart aankomen. We weten dat Chris dan op de markt staat. Salamanca is de bekende markt, dus daar vinden we hem wel. Het toeval is ons gunstig gezind. We lopen halverwege de straat de markt op en .. recht op zijn kraam af. Het is alsof hij onze ogen voelt, want op hetzelfde moment draait hij zich om.

Dat is natuurlijk niet zo toevallig, want hij staat al de hele ochtend naar ons uit te kijken. Hij weet dat we vandaag komen en dan is het logisch dat we hem opzoeken. Het weerzien is ontroerend.

Op de markt worden veel eigen produkten verkocht. Hout, maar ook sieraden, leer, aardewerk, edelstenen, groente enz. Er hangt een gemoedelijke sfeer. Opvallend veel standhouders zijn van nederlandse afkomst, net als Roel zijn buurman.

Chris verkoopt zijn producten op markten en aan een groothandel. In veel winkels komen we zijn handwerk tegen: onderzetters, kaasplanken, houtendeksels op potjes, kruidenrekken, oorbellen, diskette dozen enz. Hij werkt vooral met inlands hout: cellerytop pine, myrtle, blackwood en sassafras. De huon pine, die duizenden jaren nodig heeft om te groeien, gebruikt hij niet, want met de kap van deze bomen vernietig je een stuk natuur.

We zijn van plan om langs de kust naar Howden te fietsen, maar volgens Chris kan dat niet. Dan lopen we nl een spandoek mis dat Marjolein boven het viaduct bij Kingston heeft gehangen. Het betekent wel dat we een lange steile helling over moeten.

Na ons vertrek begint Chris als een razende in te pakken, want hij wil ons op de helling zien zwoegen. Helaas lukt dat niet. Hij haalt ons pas bij Kingston in waar ik net het spandoek verwijder. Op het doek worden we welkom geheten en staat de verdere route aangegeven.

In Howden komen ons twee kinderen tegemoet fietsen: "Are you from Cairns?" Dat moeten Mark en Kyrie zijn. Chris heeft ze tegemoet gestuurd, tegen Marjolein heeft hij niets gezegd.

Met onze gidsen vinden we het huis waar we de FINISH halen. Marjolein vliegt naar buiten om ons te begroeten. Chris volgt bedaard.

De eerste uren hebben we nodig om bij te praten, het huis te bekijken, spullen uit te pakken enz. Om niet meteen binnen te zitten maken we een wandeling langs het strand en een "blowhole" hebben ze hier ook.

Nederlanders die hier wonen zijn "vervangende familie" van elkaar. Het is de gewoonte dat ze bezoek welkom heten. Een tegenbezoek wordt ook verwacht. Wij zijn niet gesteld op dit soort sociale verplichtingen en weten ze grotendeels te vermijden. Het gezelschap van Roel valt niet onder verplichtingen.

Voor de aankomende twee weken is er al een programma gemaakt, maar dat vinden we iets teveel van het goede. Het lukt ons nooit om zolang samen met anderen op te trekken en dus lassen we een pauze in. Wij willen samen nog een paar dagen op de fiets naar Port Arthur, zo maken we meteen de 4.000 km vol.


Hastings caves

Chris moet vandaag naar de zondagsmarkt. Daarom gaan we met Marjolein en de kinderen naar de Hastings caves. De afstand, twee uur rijden, is niet iets om bij stil te staan. Ik ga achterin zitten tussen de kinderen. Het bochtige weggetje slingert zich door het landschap. Hier heb ik me geestelijk en lichamelijk niet op voorbereid. Tijdens de rit begin ik te zweten, zuchten en word ik draaierig. Op de terugweg neem een reistabletje en ga voorin zitten. Met ondersteuning van Truus word ik nog wel verstandig.

Het zwembad bij de grotten is lekker door het water uit een warme bron. We maken een wandeling door het bos en speuren naar een vogelbekdier, maar daarvoor zijn er ws teveel mensen. Australiërs houden van barbecuen en dat doen wij ook graag. Na een eenvoudige doch voedzame maaltijd maken we ons op voor een bezoek aan de druipsteengrotten; zo langzamerhand onze specialiteit. Iedere grot die we bezoeken heeft wel iets unieks en voor de kalksteenformaties verzinnen ze de meest buitenissige namen.

Chris heeft door de regen niet goed geboerd op de markt. Totale verkoop 5,50. Het staangeld kost meer.

Morgen gaan we samen met Chris en Marjolein een midweek op stap.

 

Strahan

Eindeloos slingert de weg zich door het woeste landschap. De wegen zijn bochtig, smal en eenzaam. Ons doel Strahan, is 5 uur rijden. Onderweg passeren we een paar gehuchten, maar veel naam mag het niet hebben. Het landschap is boeiend, veel bossen, meren en bergen. Hier willen we wel fietsen. Chris en Marjolein snappen dat we het dan mooi vinden. Er zitten wel pittige stukken tussen. De deelnemers aan de fietstour komen we in colonne tegen. Zwaaien doe ik niet, met deze massarecreatie voel ik me niet verbonden.

De heuvels rond Queenstown waren ooit met bossen bedekt. Om aan voldoende hout voor de mijn- en metaalindustrie te komen zijn grote oppervlakten ontbost. De kale rotsen lichten in vele kleuren op in de zon. De verstoring van het milieu is zo opvallend dat het weer een fenomeen is geworden.

Het huisje in Strahan ligt schitterend op een heuvel, met uitzicht op de rivier. Het is nieuw met de aangename geur van huon-pine. Hier zijn niet de goedkoopste materialen gebruikt.

Een barbecue is inbegrepen en laten we niet ongebruikt. Als in goede oude tijden vullen we de avond met een spelletje pictionairy, maar dan in het engels.

Strahan is van historische betekenis. In Macquarie Harbour, een grote lagune, werd door de engelsen een strafkolonie gesticht. Gevangenen, die elders problemen opleverden, werden naar deze plaats met een streng en onmenselijk regime gestuurd. Velen overleefden er hun verblijf niet. Op Settlement Island zijn restanten van de gebouwen te zien.

Met de rondvaartboot varen we over de lagune naar rivier de Gordon. Het landschap wordt glashelder weerkaatst in het gladde, bruine water. Op de foto's is later bijna niet te zien wat onder en boven is. Chris heeft deze tocht al enkele keren gemaakt, maar dit is de eerste keer dat het water zo glad en rustig is. Wind veroorzaakt een rimpeling in het water en verstoord zo de weerkaatsing. Na een wandeling langs een 2.000 jaar oude huon-pine varen we terug. Voor Strahan zoeken we de Devils Hell op, de plek waar de rivier in de oceaan uitmondt. De monding is ondiep en deels afgesloten door puntige rotsen. Voor de zeilschepen was het een hele toer om zonder averij binnen te lopen. Ook met het mooie weer voelen we de golfslag, maar bij storm spookt het hier. De rivier is waarschijnlijk ontdekt door de uitstroom van het bruine water. Het steekt scherp af tegen de blauwe oceaan.

Op de terugweg naar het huisje lopen we langs de Hogarth Falls. Het watervalletje klatert in het regenwoud naar beneden. Het heeft een rustgevend effect.

De ondergaande zon nodigt uit tot een strandwandeling. In de duinen stuiten we op nestholen van de shearwater, ook wel muttonbird genoemd door de smaak van zijn vlees. Overdag scheren ze over het water, op zoek naar voedsel. In de schemer keren ze terug naar hun hol. Het is vergelijkbaar met de pinguïns op Philip Island. Hier staan alleen geen lampen, zodat we niet veel zien. Op de foto's zien we de vogels duidelijker.

 

Cradle Mountain

Zeehan is genoemd naar De Zeehaan, een van de schepen van Abel Tasman. Het museum bevat een schat aan mineralen, foto's van de geschiedenis, treinen en alles wat verband houdt met de mijnindustrie. De toegangsprijs is niet verplicht. Je mag zelf weten hoeveel je het waard vindt, maar wees niet krenterig als je het bezoekt.

Bij Rosebery gaan we in een oude open mijn op zoek naar pyriet. We vinden een paar kleine stukjes. Het vormt in ieder geval een leuke onderbreking van de reis.

In Cradle Mountain is een hut gehuurd voor twee nachten. Het is één grote ruimte, waar we ook met zijn vieren moeten slapen. Minder luxe dan in Strahan.

Na de lange rit strekken we de benen. De Pencil Pine route duurt 3 uur. De natuur is indrukwekkend en de wandeling voert door bossen met heel veel mos op de bomen, over een veenvlakte en langs steile hellingen. Wombats zitten er, aan de vierkante keutels te zien, genoeg. Een stekelvarken probeert zich bij onze komst in te graven. Door de harde grond vlot dit niet. Steels en nieuwsgierig blikt hij steeds op om te kijken of we er nog zijn. Het is jammer en dom, dat we geen fototoestel hebben meegenomen. Het rolletje van de anderen is net vol. Een rode zwam op een boom vraagt om vereeuwigd te worden. Dat is niet ver van de hut, dus daar lopen Truus en Marjolein voor terug. Helaas mislukt de foto.

Midden in de wildernis liggen de prijzen beduidend hoger. Uit eten doe je hier tegen hollandse prijzen. Het restaurant is druk en we zijn blij dat we besproken hebben. Hoewel ik een leeg tafeltje zie, vragen ze ons even geduld te hebben. We vermaken ons wel even in de bar. Bij onze volgende poging moeten we nog steeds geduld hebben en datzelfde tafeltje staat nog leeg. Als ik vraag waarom we daar niet kunnen zitten is het geen probleem. Rare jongens die australiërs. Marjolein en Truus zoeken samen, nou ja samen, de wijn uit. Ze waren het geloof ik niet helemaal eens.

Na het eten kijken we naar opossums en wallibies. Ze worden iedere dag gevoerd en in het restaurant staat een mand met eten voor ze klaar. We pakken wat lekkere hapjes voor ze en gaan naar buiten. We horen dat er ook een Tasmaanse duivel zat, maar die is alweer vertrokken.

Het weer is de volgende dag somber, koud en vochtig. Uit de laaghangende bewolking sijpelt de regen. We zijn hier niet voor de gezelligheid gekomen, dus met warme kleding onder de regenjas stappen we in de auto naar Lake Dove. Daar starten veel wandelroutes.

Door valpartijen, afkoeling en verdwalen is de tocht niet geheel zonder gevaar. Bij vertrek moet je naam, aantal deelnemers en route vermelden in een boek. Tevens hoe laat je denkt terug te keren. Als je niet op tijd terug komt wordt er een zoekactie gestart. Veel mensen bezoeken het meer om een foto te maken, als bewijs dat ze er geweest zijn. Vandaag is er niet veel te zien.

Een pittige wandeling voert door de nevel naar de vochtige, glinsterende bomen van het Ballroom Forest. Een paar honderd meter van de parkeerplaats loop je al eenzaam rond. Via Lake Willis lopen/klimmen we naar Little Horn. Door de bewolking en regen besluiten we niet ons oorspronkelijke plan te volgen. De top zit er niet in. Misschien een andere keer, in een ander jaar.

De tocht van gisteren heeft een aanslag op de conditie van Marjolein gedaan. Klimmen en dalen vergt teveel van haar beenspieren. Via de rangershut en de "low level" route (die lijkt makkelijker) komen we bij Twisted lakes en lake Hanson. Door de vochtigheid komen de kleuren van het groene mos en de gevlamde basten van de eucalyptus bomen scherp naar voren. De nattigheid kan mijn humeur geen moment vergallen. Het is jammer als we weer bij de auto zijn. We zijn 5 uur onderweg geweest. Morgen nog maar een wandeling?

Van Cradle Mountain naar Derwent Bridge loopt over 85 km een wandelroute, de Overland track. We hebben er nu geen tijd voor en zijn er niet op voorbereid, maar deze tocht dwars door de wildernis wil ik maken. Dat is uniek, want eigenlijk hou ik helemaal niet van wandeltochten met bagage.

 

Howden 2

Vrijdagochtend is het tijd om richting Howden te gaan. Van de wandeling komt niets. Bleef het gisteren bij motregen, vandaag staan de sluizen verder open. Mistroostig verlaten we het prachtige natuurgebied.

Onderweg loopt een kudde koeien op de weg. Zachtjes en voorzichtig rijden we er doorheen. Dit is gevaarlijk en dus kijken we uit naar een boerderij. Dertig kilometer verder geven we het op, we zijn nog niets tegen gekomen.

In de buurt van Mole Creek bezoeken we de King Solomon cave, een druipsteen grot. Klein, maar heel mooi.

Door de regen rijden we naar Hobart. Daar is het droog en we lopen door Battery Point, de oudste stadswijk.

 

Richmond

De volgende dag pakken we weer de fiets en langs kust rijden we naar Hobart. Via een paar pittige hellingen komen we in Taroona bij de Shot-tower. De lange rechte toren was een hagel-korrel fabriek. Bovenin werd gesmolten lood door een zeef gegoten. De druppels kwamen onderin de toren in een waterbak terecht. Tijdens de val kregen de druppels een mooie ronde vorm. Een trap leidt naar boven en beneden.

Op Salamanca komen we de nederlandse kolonie tegen: Roel en Hanneke met hun visite uit Nederland, Gert en Alie met kinderen. Chris weet een goedkoop adres voor een leren hoed. Hij overtuigt de poolse hoedenmaker er van dat je elkaar matst bij inkopen voor vrienden. Zo worden ze nog goedkoper, maar even later meldt de pool zich bij Chris. Hij heeft ook familie over en wil wat souvenirs voor ze kopen en ...... korting. We struinen de markt af en krijgen bij Roel 50% korting op oorbellen. Aardig is dat Truus 5 jaar geleden een paar oorbellen, gemaakt van een lepeltje, aan Marjolein heeft gegeven. Sindsdien worden ze hier ook op de markt verkocht.

De "wind-gong"-verkoper staat er niet door de harde wind. Chris zal morgen op de zondagsmarkt voor ons kijken.

De distilleerderij staat ook op het programma. De whisky stoken ze met de "pot-still" methode dwz ketelgestookt. De gisttanks, opslagtanks en de ketel zien er mooi uit. In het weekend wordt niet gestookt, zodat we ons tevreden stellen met het museum. Houten rijpingsvaten ontdek ik niet in het gebouw, zeker in de kelder?

We proberen, echtwaar!, over het fietspad van de Tasman brug naar de andere kant te komen, maar zien geen kans het fietspad te bereiken. Dan maar over de weg. Langs de rivier naar Risdon Vale en over de pas naar Richmond. Op de pas hebben we een fraai uitzicht op Hobart en Mt. Wellington, voor de verandering eens zichtbaar.

Richmond is een oud stadje met veel door gevangenen gebouwde huizen. De brug is de oudste in Tasmanië. Op de camping hebben we een cabin geboekt, dat is luxe kamperen en bevalt prima bij de gure wind.

Er zijn meer fietsers, de tasmaanse fietstour zit er voor hen op. Ze hebben ooit tussen Mackay en Rockhampton gefietst, een verschrikkelijk stuk vonden ze het!


Port Arthur

In Richmond zien we hoe ze de krant vanuit de auto bezorgen. Bij een snelheid van 50 km vliegt de krant met een grote boog de tuin in. Tot onze verwondering liggen ze keurig in de buurt van de voordeur. Je kunt zien je dat hij het vaker gedaan heeft.

Over de heuvels naar Sorell en dan over de gravelweg, langs de kust naar Dunalley. Over een heuvelrug naderen we Eaglehawk Neck. De rotsen aan de kust zijn merkwaardig gevormd. Sleuven en barsten vormen vierkante blokken. Als je van boven kijkt lijkt het een aangelegd terras, Tessellated Pavement.

Over de nauwe landengte bereiken we het motel. De 100 m brede verbinding werd door honden bewaakt. Ontsnappen werd zo voor de gevangenen een gewaagde onderneming.

De bagage laten we in het motel als we de fraai gevormde kust bezoeken. De Arch, Devils Kitchen en Blowhole laten zien hoe spectaculair de golven hier op de kust beuken. De overslaande golven kunnen je door hun kracht mee sleuren. Dat is vorig jaar gebeurd bij een bruidspaar dat zich tegen een spectaculaire achtergrond wilde laten vereeuwigen. Er staan nu overal waarschuwingsborden. Ik blijf op veilige afstand van de rand.

De poolse hoedenmaker leidt zijn familie ook rond.

In het Devilspark bij Taranna lappen ze zieke en gewonde dieren weer op. Zo mogelijk worden ze terug gezet in de natuur. Te zien vallen: lorikeets, ganzen, kangoeroes, Tasmaanse duivels, rosella's, wallibies, kaketoes, uilen, adelaars, kookaburra, raven enz. Veel dieren hebben blijvend letsel en genieten hier van hun rust en oude dag.

In Port Arthur verwachten we een paar ruïnes, maar het is veel groter. De gebouwen zijn in stijl gerenoveerd, er worden rondleidingen gegeven en er is een museum. We sluiten aan bij een rondleiding en maken zo kennis met de belangrijkste geschiedkundige feiten. We bezoeken de gevangenis, het woonhuis van de commandant, werkplaatsen en het museum.

In een van de kamers staat vaak een spook op de foto. Als bewijs sturen mensen de door hun genomen foto's op. Veel kan ik, als leek al, herleiden tot vingers voor de lens en belichting door niet goed sluitende camera's. Toch leuk dat er mensen zijn die er in geloven.

De maaltijd gebruiken we in het motel. Of we niet gezellig bij andere nederlanders willen zitten? Nee, liever niet!

 

Howden 3

Bij vertrek moeten we meteen een pittige helling op. Halverwege zien we een stekelvarken dat zich probeert in de graven. Dat is een goed moment om even uit te blazen. Door de tegenwind, zelfs op de laatste dag zit het niet mee, gaan we nog even tot op onze bodem.

Onderweg passeren we de internationale luchthaven. Het ziet er zo kneuterig uit dat we eerst onze ogen en de borden niet geloven.

Van deze kant kunnen we wel via het fietspad over de Tasman brug. Persoonlijk vind ik de smalle doorgang tussen de hekken veel gevaarlijker dan de heenrit over de weg. Komisch wordt het als de afrit aan de andere zijde bestaat uit een trap. Daarom konden we op de heenweg de oprit niet vinden! Fietspaden staan hier nog in de kinderschoenen. Ik denk maar zo: "het is goed bedoeld".

In Hobart krijgt Truus een lekke band. Niet verwonderlijk, want de achterband is totaal versleten. De gaten vallen er in. Een paar plakkertjes vormen een bescheiden bescherming en met alle bagage op mijn fiets leggen we de laatste 20 km af.

Ook al is ze moe, ze komt haar belofte aan Marjolein na. Na een verfrissende douche gaan ze samen winkelen. Het lukt om een modieuze "drizzabone" te kopen. Dat is een waterdichte australische veedrijversjas waarmee je op een paard kunt zitten, alleen hebben wij geen paard. Verder bestaat de buit uit souvenirs (o.a. cd's van Tony O'Connor en een wind-gong) en kado's.


Bruny Island

Tijdens ons uitstapje naar Port Arthur hebben Chris en Marjolein het programma van de laatste dagen geregeld. We gaan met zijn allen naar Bruny Island, een rustig eiland voor de kust. Het huisje ligt aan het strand en biedt volop gelegenheid voor strandwandelingen, zwemmen en luieren in de zon.

Aangekomen schieten we vlug zwemkleding aan, maar na een kwartiertje zonnen betrekt de lucht. Het wordt kouder en begint te miezeren. Een strandwandeling is het alternatief. De rotsen langs de kust bestaan uit zacht, in lagen opgebouwd gesteente. Golven, wind en regen creëren grillige, ronde vormen. De kleuren van de verschillende lagen benadrukken het grillige accent; dit is echte, natuurlijke kunst.

Na de traditionele barbecue willen we voor een wandeling naar de Neck, de nauwe overgang tussen het noorden en zuiden van het eiland. Hier zijn pinguïns en muttonbirds te bewonderen. Helaas werkt het weer niet mee en in de regen lijkt het niet aantrekkelijk. Daarom zetten we ons aan tafel voor een avond spelletjes.

De volgende dag komt Gerrit met zijn boot. We zetten een visnet van 80m lengte uit en koersen langs de kust. Een reistabletje lijkt me gezien de schommelingen wel raadzaam. Mijn zitplaats is bovenop de motor, het rustigste en warmste plekje aan boord. De anderen, in de kajuit, voelen hun maag tussen de oren en nemen ondanks de kou ook op het achterdek plaats. Over het water scheren grote zwermen muttonbirds, op zoek naar voedsel. Door het koude weer, de wind en de mist is het tochtje geen succes.

Na de lunch halen we het net op. De vangst bestaat uit: kwallen, 1 rog, 1 leather jacket (de huid van de vis voelt aan als leer), 1 zwaardvis en 1 tong. De laatste neemt Gerrit mee naar huis, de rest geven we hun vrijheid terug. Marjolein vindt dat achteraf jammer als ze hoort dat een zwaardvis prima smaakt. Bij de volwassenen is de animo voor het water gebeuren sterk afgenomen. Alleen Mark en Kyrie willen rondgesleurd worden in de bisquit, een binnenband in een netje. Hoe harder ze over het water scheren, hoe leuker ze het vinden.

Aan het eind van de middag maken we ons op voor vertrek.

 

Howden 4

De laatste avond gaan we met zijn vieren uit in Hobart. De auto zetten we bij het Sheraton. Chris heeft hier als chef-kok gewerkt en daarom lopen we even door de hal.

Een tafel hebben we gereserveerd bij de Drunken Admiral. De inrichting heeft veel weg van een scheepvaartmuseum. Groot is onze verbazing als er wijn op tafel staat; Roel heeft dit geregeld. De menukaart is origineel samengesteld en het eten is van prima kwaliteit.

Tijdens het eten horen we muziek die we op campings vaker hebben gehoord. We dachten dan steeds: leuke muziek, maar het mag wel wat zachter. We informeren naar de naam van de groep; de Cranberries, nooit van gehoord, maar het schijnt een wereldberoemde groep te zijn.

Als uitsmijter gaan we gokken in het casino. Het is 24 uur per dag open en je kunt er op veel manieren je geld kwijt: automaten, kaartspelen, roulette, rad van avontuur enz. Er wordt met kleine en grote bedragen gespeeld. Wij zetten bescheiden in. We winnen wat, verliezen wat en houden het totale verlies beperkt. Daar hebben we mooi een tijd plezier voor gehad!

In het casino rookt Truus haar eerste (en laatste) sigaret in deze vakantie. In Nederland hervat ze, volgens afspraak, haar oude rookpatroon weer.

 

Afscheid

Het einde van de vakantie nadert onvermijdelijk. Roel komt langs met een tas met eigen gemaakte producten en Chris heeft ook het nodige klaar gezet; om verlegen van te worden. We pakken in en zijn klaar voor vertrek.

Het vliegveld is, zoals we al dachten, knus en klein. Ze kunnen ons bijna tot het vliegtuig vergezellen. Afscheid nemen is moeilijk, want het weerzien is zo vanzelfsprekend verlopen. We zijn gewoon met elkaar verder gegaan waar we gebleven waren. Het is onwerkelijk dat onze wegen zich nu weer scheiden.

 

Terugreis

In Hobart moeten we bij het inchecken, net als in Brisbane, verklaren dat we de maatschappij niet aansprakelijk stellen voor schade aan de fietsen. Ik zeur hier nog over, maar dat levert weinig op. Na terugkomst geven we dit door aan het reisburo. Ook zij vinden dat het niet kan en zullen dit opnemen met de maatschappij. Schade die tijdens de terugreis aan de fietsen ontstaat wordt dan ook zonder problemen vergoed.

In Melbourne moeten we 3 uur wachten. Tijd genoeg om foto's te ontwikkelen, souvenirs te kopen, vertrekbelasting te betalen en te eten. We hebben zoveel tijd dat we ons uiteindelijk moeten haasten. Als we bij de douane onze bagage staan uit te pakken worden onze namen omgeroepen. Op een holletje begeven we ons door de gangen naar het vliegtuig.

Na een tussenstop in Singapore arriveren we in Londen. Hier zijn de veiligheidsregels nog strenger. We moeten twee keer de bagage uitpakken en het zakmes kan geen genade vinden in hun ogen. Ze nemen het in beslag en zorgen dat het als speciale bagage mee gaat. Op Schiphol moeten we even zoeken hoe en waar we het terug krijgen. We hebben tijd zat, want het opgeven van schade aan de fietsen neemt ook even in beslag. Als je moe bent wordt je humeur daar niet beter van.

Gelukkig staan Mariël en Sip, die speciaal een snipperdag heeft genomen, ons op te wachten. Thuis hebben ze gezorgd voor gebak en eten. Ze zijn de eersten die de foto's zien.


Van waternood naar watersnood

In Australië is de laatste jaren veel te weinig regen gevallen. Hier hebben we het omgekeerde. Vorig jaar overstromingen langs de Maas. Dit jaar breidt dat zich uit naar Waal, Ijssel en Rijn/Lek. Veel dijken dreigen door te breken en polders worden ontruimd. In totaal worden 250.000 mensen geëvacueerd.


Het grote vakantiegevoel

Thuis moeten we weer wennen. De jetlag, het werkritme, het weinig tijd voor elkaar hebben. Twee maanden is veel te kort. We dromen van een tocht zonder einde.

Waarom verkopen we het huis niet met alles erin? Dan zingen we het wel een paar jaar uit.

Deze dromen kunnen we verwezenlijken. Het is gewoon een kwestie van keuzes maken!

Het feit dat je zoiets kunt doen geeft energie om het dagelijkse leven te hervatten. Wie weet welke keuzes we nog maken.



[duikvakanties] [Fietsvakanties] [begin huidige pagina]